06 2022 • Duidelijkheid over rechtsherstel box 3
Bij het rechtsherstel wordt uitgegaan van de werkelijke samenstelling van het vermogen
(zoals aangegeven in de aangifte inkomstenbelasting), waarbij een onderscheid wordt
gemaakt tussen banktegoeden, overige bezittingen en schulden. Per vermogenscategorie
geldt een afzonderlijk forfaitair rendementspercentage. Bij de vormgeving van het
rechtsherstel zijn diverse aspecten betrokken, waaronder budgettaire, uitvoeringstechnische
en maatschappelijke aspecten. Het is erop gericht om op een geautomatiseerde wijze
uitvoering te geven aan het arrest van de Hoge Raad. Met de in dit besluit beschreven
nieuwe berekening van het voordeel uit sparen en beleggen wordt naar de mening van
het kabinet naar redelijkheid op een zo rechtvaardig, aanvaardbaar en uitvoerbaar
mogelijke manier rechtsherstel geboden.
-
In onderdeel 2 worden de drie doelgroepen van het rechtsherstel benoemd.
-
In onderdeel 3 staat hoe het rechtsherstel in vier stappen wordt berekend en wanneer een aanslag inkomstenbelasting wordt verminderd of wordt vastgesteld op basis van het berekende nieuwe voordeel uit sparen en beleggen.
-
In onderdeel 4 wordt per doelgroep aangegeven welke mogelijkheden de belastingplichtige heeft als hij het niet eens is met het geboden rechtsherstel (de rechtsbescherming).Voor alle doelgroepen geldt dat het rechtsherstel enkel wordt geboden als het berekende nieuwe voordeel uit sparen en beleggen lager is dan het op grond van de wet berekende voordeel uit sparen en beleggen. Als dit niet het geval is, wordt geen rechtsherstel geboden.
Ambtshalve vermindering Ten aanzien van een verzoek om ambtshalve vermindering wordt het volgende gemeld.
Een verzoek om ambtshalve vermindering moet zijn ingediend binnen vijf jaar na afloop
van het kalenderjaar waarop het verzoek betrekking heeft. Tenzij de staatssecretaris
anders beslist, kan jurisprudentie die is gewezen nadat de aanslag onherroepelijk
is komen vast te staan, geen aanleiding zijn om die aanslag ambtshalve te verminderen.
Om die reden zal de inspecteur een verzoek (om rechtsherstel) afwijzen van een belastingplichtige
die niet tijdig bezwaar heeft gemaakt tegen de aanslag inkomstenbelasting, waarin
sprake is van een voordeel uit sparen en beleggen. Tegen deze afwijzing staat bezwaar
en beroep open.
Het besluit treedt in werking met ingang van 1 juli 2022.
Bron: MvF 28-06-2022, nr. 2022-176296
Wil een ingekomen werknemer dat de 30%-regeling langer geldt dan volgt uit de daarbij behorende beschikking van de fiscus? Dan moet hij tijdig in bezwaar gaan tegen die beschikking.
lees meer
Een btw-ondernemer hoeft niet de eigenaar van een pand te zijn om daarin te investeren en de voorbelasting over deze kosten te kunnen aftrekken.
lees meer
Soms kan de uitkomst van een fiscale beroepsprocedure de hoogte van een straf in een strafprocedure beïnvloeden. In dat geval heeft de belanghebbende recht op een hogere schadevergoeding dan normaal bij een overschrijding van de redelijke termijn.
lees meer
Een weigering om informatie te verschaffen over buitenlandse banktegoeden kan leiden tot omkering van de bewijslast. Maar een lichte bewijslast voor de Belastingdienst is nog altijd een bewijslast. Dat een lichte bewijslast soms te zwaar is voor de fiscus, blijkt uit een recente zaak voor Rechtbank Noord-Nederland.
lees meer